Collectie Gelderland

Brief in enveloppe. 26 augustus 1944. Aan den heer G.C. Janssen.

<p>Brief in enveloppe. 26 augustus&nbsp; 1944.</p> <p>Aan den heer Gerardus Christiaan Janssen.</p> <p>Per adres Machine Fabriek Boecher und Volkenborn Hohenlimburg in Westfalen.</p><p>Verzameling brieven voor Gerard Janssen die tewerkgesteld was in Duitsland.</p> <p>Per adres Dicke Eichen Hohenlimburg in Westfalen.</p><p>Een korte samenvatting van deze brief.</p><p>Een brief van de broer van Gerard, Wim.</p><p>Beste broer Gerard,</p><p>Het gaat hier nog alles zeer zuiver. We zijn allemaal nog kerngezond. Vanmorgen kregen we een kaart en een brief tegelijkertijd. Je schreef dat het daar erg warm was. Hier ook, maar we hebben de Waal nog. Die is bijna leeg. Je kunt er met een stok overheen springen. Ik ben naar de dokter geweest. Ik had last van de rug. Ik heb wat poeders gekregen. En wat rust natuurlijk. Het niks doen hangt mij nu al de keel uit. Van Dora en Piet hebben nog steeds niets vernomen. Met die Jos maken ze van alles mee. Hij zal nog wel eens een keer vloeken. Van de visserij is het geen rijk worden. Het water is ook erg laag. Alles ligt hier droog. De fam. Lentjes is vanmorgen weer voorbij gekomen. Herman heeft nog steeds een oogje op onze Nelly. Ik heb weer een ander. Maria de Haan uit Kekerdom. Je denkt natuurlijk dat is vlug. Ik gaf geen zak meer om Paula. Ik heb al vaker tegen je gezegd, die deugen niet Paula niet en Stientje ook niet. Nu ben ik weer in Kekerdom gekomen bij Marie. Ze is 21 jaar en heeft veel met me op. Als je weer naar huis komt dan kunnen we alles weer eens goed bespreken. Het is een rare sport die liefde. Herman Peter is ook weer thuis. Hij heeft verlof bij de Arbeidsdienst. Toon Sanders zit ook nog steeds thuis. Hoor je van Mahler nog wel eens wat. We moeten maar feesten als weer bij elkaar zijn met de oude ploeg.</p>